BLOG Dementie (20): De draagkracht van verzorgenden

Zorgen voor mensen met dementie betekent dat er kans bestaat dat verzorgenden te maken krijgen met agressief gedrag. Op de mogelijke achtergronden daarvan kom ik in het volgende blog terug. Hier is van belang dat verzorgenden zich realiseren dat dit gedrag de familie met een loyaliteitsconflict confronteert. Zij kunnen of willen de band met hun dierbare in principe niet opgeven.
BLOG Dementie (20): De draagkracht van verzorgenden

Soms zit een verzorgende zelf in een dergelijk conflict, namelijk wanneer deze zich al stevig aan de persoon met dementie heeft gehecht (adoptie). In de regel is het voor verzorgenden echter gemakkelijker om bij agressief gedrag afstand te nemen dan voor de familie. Zij kunnen hen letterlijk ‘uit de weg’ gaan. Voor de duidelijkheid: agressief gedrag van familie jegens de persoon met dementie valt nooit te tolereren. Wel is dit gedrag te begrijpen als een signaal van een moeizaam verwerkingsproces of onmachtgevoelens. Onverwerkt oud zeer kan daarvan de oorzaak zijn, maar ook oververmoeidheid, overbelasting of een burn-out. Dit betekent in ieder geval dat dit familielid extra kwetsbaar is en daarvoor aandacht verdient.      

Kortom: inspelen op de impact die dementie heeft zowel op mensen met dementie zelf als op hun naaste familie is voor verzorgenden niet mogelijk zonder kennis en zonder bepaalde vaardigheden te ontwikkelen. Want het betekent dat verzorgenden lange tijd toenemende basiszorg moeten verlenen binnen de context van allerlei problemen zoals: omgaan met toenemend verlies van een gedeelde wereld, met afnemende wederkerigheid in het contact, met gehechtheid en afscheid nemen, met ‘adoptie’ en ‘(tegen)overdracht‘, met intimiteit en seksualiteit, met macht en onmacht, met agressief gedrag, met de grens tussen waarheid en waarachtigheid, met de paradox van de normaliteit, met het conflict tussen autonomie gunnen en beschermen, etc. Voor een goed contact tussen verzorgenden en familie is in ieder geval nodig: de regie in het zorgproces niet uit handen geven, maar de familie wel geregeld informeren en met hen overleggen; gedegen (algemene) kennis bezitten over ‘de psychologie van dementie’, en voldoende (specifieke) kennis hebben van de persoon met dementie en diens familie.  

Gelet op de bijzondere inhoud van hun vak verlenen verzorgenden op het gebied van dementie eigenlijk ‘slachtofferhulp’ aan twee ‘partijen’. In het kort komen hun taken dus neer op praktische en emotionele hulp verlenen aan mensen met dementie, omgaan met hun verschillend en steeds veranderend gedrag, opvang van de familie, en omgaan met de impact daarvan op henzelf. Het is ‘een vak apart’, zwaar maar uitdagend, waarbij  geregeld  ‘debriefing’ (nabespreken) nodig is.

Het is dan ook zaak om goed te letten op de (tijdelijke) kwetsbaarheid/draagkracht van de verzorgenden zelf. De volgende factoren spelen daarbij een rol: leeftijd,  de mate van algemene en specifieke kennis en ervaring, de beschikbaarheid van ondersteuning (bijvoorbeeld omgangsoverleg en time-out besprekingen), frustratietolerantie, taalproblemen, persoonlijkheid(sstoornissen), (praktische) intelligentie, sociale vaardigheden, onverwerkt oud zeer (in carrière en/of eigen leven), (tijdelijke) problemen thuis (scheiding, gezondheid, zieke kinderen, etc), neiging tot sterke gehechtheid en/of tegenoverdracht, etc.

In 2004 deed Sandra Hazebroek een onderzoek naar emotionele belasting bij verzorgenden. Autochtone verzorgenden, veiliger gehecht dan hun allochtone collega’s, rapporteerden meer emotionele belasting. Daarnaast bleek voor beiden dat een hogere leeftijd (35-55) en een hoger opleidingsniveau meer emotionele belasting met zich meebrengt.

In het algemeen is de draagkracht van verzorgenden, ook bij onverwachte problemen, voldoende om die aan te kunnen. Dat wil zeggen: mits kennis, ervaring en deskundige ondersteuning in voldoende mate voorhanden zijn, en de andere factoren als het ware ‘in een neutrale stand’ staan. Zij zijn dan niet bijzonder kwetsbaar. Verzorgenden met bijvoorbeeld een beperkte frustratietolerantie, persoonlijkheidsstoornissen, onverwerkt oud zeer in de carrière of taalproblemen, zijn kwetsbaarder en komen sneller in de problemen. Onverwachte huiselijke problemen maken hen daarbij extra kwetsbaar. Het is vanzelfsprekend dat (langdurig) tekort aan verzorgend personeel, extreem moeilijk gedrag van mensen met dementie of een familielid die op een afdeling ‘door het lint’ gaat, de zaak op scherp zetten.

 

Dr. Bère Miesen (*1946), psychogerontoloog is sinds 1969 werkzaam in de zorg voor mensen met dementie, hun familie en professionele verzorgenden.  Hij is onder andere auteur van Bij Alzheimer op schoot. Verstand van dementie.  Meer over onze bloggers vindt u HIER.

 

 



Naar homepage




Nooit meer burn-out

Ontwerp voor digitale transformaties van (zorg)organisaties

De patient terug van weggeweest