BLOG: En dan spreek je de taal niet…

Mw. M. is 78 jaar en is geboren in Marokko. Samen met haar man woont ze al heel lang in Nederland. Maar ze spreekt samen met haar man de Nederlandse taal niet. Haar dochter helpt haar ouders continu. Het is een groot gezin, maar de dochter is eigenlijk de vertegenwoordigster van haar ouders. Dan gebeurt er iets verschrikkelijks. Mw. M. krijgt een CVA (hersenbloeding), ze is halfzijdig verlamd en kan bijna niet meer praten. De familie is in shock, hoe nu verder?
BLOG: En dan spreek je de taal niet…

 

De familie wil niet dat moeder ondergebracht wordt in een verpleeghuis, ze willen de zorg zelf regelen. Dit kan o.a. met hulp van de wijkverpleging, maar er is eigenlijk echt 24 uur zorg nodig. Haar dochter doet wat ze kan, maar raakt overbelast. Er wordt een bed geregeld voor thuis, maar dit bed is te smal en te klein. Mw. M. heeft eigenlijk een breder bed nodig,  maar dit wordt in eerste instantie afgewezen, ondanks de machtiging van de huisarts, omdat ze geen overgewicht heeft.

Dochter komt overstuur bij mij aan de balie met de papieren. Ze wordt telefonisch van het kastje naar de muur gestuurd en is ten einde raad. Ik probeer haar te helpen door eerst maar eens de zorgverzekering te bellen, waar mw. M. verzekerd is. Ik word verwezen naar de thuiszorgwinkel. Ik bel de thuiszorgwinkel: De mevrouw die ik aan de telefoon heb geeft aan al vaak met de dochter van Mw. M. te hebben gesproken en verteld dat het bed afgewezen wordt omdat zij geen overgewicht heeft en dit is een indicatie die nodig is om een breder bed te krijgen. Ook is ze boos omdat ze niet vriendelijk door de dochter te woord is gestaan. Ik leg de medewerkster uit, dat de dochter overbelast is en dat het heel vervelend is dat dochter zo reageert, maar dat dit komt door haar zorg voor haar moeder. Het lukt om een breder bed te regelen en er wordt verteld dat het bed thuis bezorgd wordt. Haar dochter zal dan ook bij haar ouders zijn om het bed in ontvangst te nemen. Ik zou willen zeggen “eind goed al goed” maar nee… Een paar dagen later komt de dochter zich wederom overstuur bij mij melden. Het bed is weer retour gegaan naar de thuiszorgwinkel. Ik begrijp hier niets van en bel de thuiszorgwinkel. De medewerkster meldt mij dat het bed is afgewezen bij de chauffeur die het kwam leveren. Ik vraag het aan de dochter van Mw. M. die direct verhaal gaat halen bij haar vader.

 

Wat blijkt: toen het bed geleverd werd was Mw. M. net met haar dochter naar het ziekenhuis, het was niet duidelijk wanneer het bed geleverd zou worden, en vader begreep er niets van en wilde niet tekenen voor ontvangst, omdat hij het niet kon lezen wat hij moest tekenen doordat hij de Nederlandse taal ook niet kan lezen. Dochter had hem uitgelegd niet zomaar iets te tekenen en de chauffeur kon hem niet duidelijk maken dat er een bed geleverd werd.  Ik bel weer de thuiszorg winkel maar ja dit moest overlegd worden werd mij verteld. Ik beloof dochter het uit te zoeken en dat ik haar zou bellen als ik meer wist. Gelukkig word ik teruggebeld door een hele aardige man. Ik leg hem het hele verhaal uit en gelukkig kan het bed geleverd worden. Ik mag hem zelfs als contact persoon voor de dochter van Mw. M. noteren. Er wordt direct een afspraak gemaakt voor het leveren van het bed en ik beloof deze aardige man dat de dochter daar dan ook bij zal zijn. Als ik de dochter van Mw. M. terugbel is ze opgelucht.  Een paar dagen later is het nieuwe brede bed dan toch geleverd.

Met mw. M. zal het nooit meer goed komen, maar hopelijk lukt het de familie om de zorg te blijven leveren…

 Heidi Splint is sinds 2008 werkzaam als doktersassistente in Gezondheidscentrum Filmwijk in Almere.



Naar homepage



Relevante categorieën:

CVA |


Nooit meer burn-out

Ontwerp voor digitale transformaties van (zorg)organisaties

De patient terug van weggeweest