BLOG: Ook buiten het ziekenhuis ben je altijd verpleegkundige

Soms heb je van die dagen dat alles tegenzit. Het is maandagochtend en ik fiets naar mijn werk. Ik ben vandaag de oudste van dienst, dat wil zeggen dat ik alles regel en coördineer op de afdeling. Ik heb deze dag zelf geen patiënten, maar ondersteun mijn collega’s met het verlenen van zorg. Ik ben het aanspreekpunt, regel dat de geplande opnames verdeeld zijn. En als er een spoedopname komt, zorg ik er voor dat een collega die patiënt onder zijn hoede neemt.
BLOG: Ook buiten het ziekenhuis ben je altijd verpleegkundige

 

Ik begin om 7.00 uur, en deel het rooster  in waarop vermeld staat wie wat doet qua patiëntenzorg.  Er is een ziekmelding. Er is die dag dus een collega minder, waardoor ik dus zelf -naast de taak van ‘oudste van dienst’  - ook patiënten toegewezen krijg. Dat wordt een drukke dag… Er zijn veel zieke patiënten en mijn telefoon staat roodgloeiend.  Hij blijft de hele dag maar afgaan.

Om 16.30 uur zit mijn dienst erop. Ik merk dat ik erg moe ben. Het was echt een hele hectische dag met een superhoge werkdruk.  Er zit nog maar weinig energie in me. Moe en met een heel langzaam tempo, fiets ik naar huis. Op een bepaald moment zie ik in de verte een man voor mij fietsen. Hij slingert onwijs heen en weer.  Het eerste wat ik denk is dat hij ontzettend dronken is.

Twee meter voor mijn neus valt de man op de grond. ‘He bah, moet ik ook nog gaan helpen,  terwijl ik toch al doodop ben.’ Ik zet mijn fiets aan de kant en ik loop naar hem toe. Tot mijn grote schrik zie ik een lijkbleke man liggen. Ik schat hem op een jaar of  60 a 65 jaar oud.  Hij is totaal bezweet en reageert  niet als ik hem aanspreek.  Ik geef de man een pijnprikkel maar er volgt geen enkele reactie. Ik voel aan zijn pols, maar ik voel geen polsslag. Dit is foute boel! Gelukkig stopt er een meisje, die op mijn verzoek meteen 112 belt.  Ik begin met reanimeren en ik merk dat er een soort knop bij me wordt omgezet. Ik ben super geconcentreerd. Ik vraag aan het meisje of ze zoveel mogelijk omstanders wil wegsturen. Gelukkig blijft ze bij me en helpt me waar ze maar kan.

In de verte hoor ik de ambulance aankomen. Het duurde nog geen vijf minuten tot ze ter plaatse waren. De ambulancebroeders nemen het van mij over. Gelukkig  gaat de man levend de ambulance in. Een van de broeders zegt: ‘Dat heb je heel goed gedaan!!!’. 

De ambulance rijdt met hoge snelheid weg. Ik sta nog een beetje te trillen op mijn benen van alle inspanning. Van mijn moeheid is niets meer te merken. Ik sta stijf van de adrenaline. Ik bedank het meisje voor al haar hulp, en fiets met een grote glimlach naar huis. Ik ben zo blij dat die man levend de ambulance in gegaan is. ‘Jeetje, wat een dag’.

 Zo zie je maar weer dat je ook buiten het ziekenhuis altijd een verpleegkundige bent.

Andreas Boender-Vaags is verpleegkundige in het OLVG Oost in Amsterdam op de afdeling MDL.
HIER vindt u meer informatie over onze bloggers.

 



Naar homepage



Relevante categorieën:



Nooit meer burn-out

Ontwerp voor digitale transformaties van (zorg)organisaties

De patient terug van weggeweest